Kinderen van het echtpaar Capitaine – Van Deursen

Van het echtpaar Capitaine/Capiteyn – Van Deursen zijn volgende kinderen bekend:

1) CAPITAINE/CAPITEYN Antonia Godeliva

Geboren te Zeveneken op 16 messidor jaar XI (= 5 juli 1803).  Gedoopt te Zeveneken op 6 juli 1803, dooppeter: Livinus Van Laecke, doopmeter Anna Jacoba Blanckaert.  Overleden te Zeveneken op 23 messidor jaar XI (= 12 juli 1803).

2) CAPITAINE/CAPITEYN/CAPITEIJN Maria Josepha Fransisca

Geboren te Zeveneken op 11 messidor jaar XII (= 30 juni 1804).  Gedoopt te Zeveneken op 30 juni 1804, dooppeter: Franciscus Vande Velde, doopmeter: Maria Nort. Overleden te Lokeren op 28 juli 1834 om 8 uur ’s morgens in haar woning wijk Nieupoorte (Drongenstraat).  Vader Franciscus Arnoldus Capitaine, 52 jaar en gebuur Charles Van Rossem, 52 jaar, beiden wever geven haar overlijden aan.  De uitvaart heeft plaats in de parochiekerk te Zeveneken gevolgd door de begraving op het kerkhof aldaar.

In februari 1827 verhuizen haar ouders met haar broers en zus naar Lokeren, Maria werkt dan  als inwonende meid in Eksaarde, ze zal de familie in de Lokerse Drongenstraat vervoegen op 16 mei 1827.

Ze huwt te Lokeren op 19/11/1828 met buurman Pieter Joannes Bontinck (°Lokeren 27/07/1799, +Lokeren 18/12/1874), zoon van Joannes Jacobus Bontinck en Joanna Judoca De Mol.  Net als de bruid is hij een ongeletterde dienstbode.  De bruidegom wordt thuiswever, de bruid spinster.  Ze vestigden zich op een boogscheut van haar ouders: Drongenstraat 117 te Lokeren.  Na zes jaar huwelijk overlijdt Maria op 28 juli 1834, vier maanden na de geboorte van haar derde kind.

Van het echtpaar Bontinck – Capitaine zijn volgende kinderen bekend:

2.1) Bontinck Benedictus (°Lokeren 29/08/1829, + Lille Frankrijk 16/10/1914).  Hij is amper 5 jaar als zijn moeder sterft, vader stapt in een nieuw huwelijk, hetgeen Benedictus vlug op eigen benen leert staan.  Volgens het bevolkingsregister van Lokeren 1847 woont hij, 18 jaar oud, niet meer bij zijn vader.  Als erfgenaam van zijn moeder ontvangt hij in april 1863 een deel van de erfenis van zijn tante Ilderica Capitaine: netto 3.445 fr 75.  Hij woont, sinds 1862 in het Noord-Franse Lille waar hij de kost verdient als analfabete wever.

Hij huwt in Lille op 17/07/1865 met “Clemence Weymeels” (Weymeesch) (°Ronse 29/07/1842, + Lille Noord-Frankrijk 08/06/1901), een vlasspinster.  Opvallend is dat zijn 66-jarige vader bij het huwelijk aanwezig is.  In november 1874 geeft Benedictus in Lokeren het overlijden van zijn vader aan bij de burgerlijke stand, hij is nog steeds gedomicilieerd in het Noord-Franse Lille.

Van het echtpaar Bontinck – Weymeels zijn elf kinderen bekend waarvan er vijf dood worden geboren en vier slechts enkele maanden oud worden:

2.1.1) Bontinck Marie Sylvie (°Lille Frankrijk 21/01/1866, +Lille Frankrijk 02/06/1866)

2.1.2) Bontinck Marie Colette (°Lille Frankrijk 14/04/1867, +Lille Frankrijk 4/07/1867)

2.1.3) Bontinck Charles Louis (°Lille Frankrijk 8/02/1870, +Roubaix Frankrijk 9/10/1893)

Voor september 1892 verhuist hij (met zijn ouders ?) naar Roubaix waar hij de kost verdient als “peigneur”. Hij blijft ongehuwd en overlijdt een jaar later in het hospitaal van Roubaix.

2.1.4) Bontinck Léonie Marie (°Lille Frankrijk 15/09/1872, +Lille Frankrijk 20/09/1872)

2.1.5) Bontinck Maria Coleta (°Lille Frankrijk 3/07/1873, +Roubaix Frankrijk 30/06/1893)

Voor mei 1892 verhuist ze (met haar ouders ?) naar Roubaix waar ze de kost verdient als “soigneuse”. Ze bevalt er in het huis van haar ouders op 18-jarige leeftijd van een buitenechtelijk kind: Alphonse. Ze blijft bij haar ouders inwonen waar ze een jaar later overlijdt, ze is dan ongehuwd en “peigneuse”.

2.1.5.1) Bontinck Alphonse (°Roubaix 8/05/1892, +Roubaix 11/09/1892)  Geboren en overleden in het huis van de grootouders Bontinck – Weymeels.

2.1.6) Bontinck Françoise (°Lille Frankrijk 17/04/1877, +Lille Frankrijk 27/04/1877)

2.1.7) doodgeboren jongetje (Lille Frankrijk 27/11/1878), aangifte door vroedvrouw want vader, toen een dagloner, is “absent

2.1.8) doodgeboren jongetje (Lille Frankrijk 7/01/1880), aangifte door vroedvrouw want vader is “absent

2.1.9) doodgeboren meisje (Lille Frankrijk 14/09/1880)

2.1.10) doodgeboren meisje (Lille Frankrijk 18/04/1881)

2.1.11) doodgeboren jongetje (Lille Frankrijk 15/05/1882) [ref]https://archivesdepartementales.lenord.fr/?id=archives_online[/ref]

2.2) doodgeboren zoontje (Lokeren 11/11/1831), begraven te Zeveneken.

2.3) Bontinck Maria Josepha Fransisca (°Lokeren 30/03/1834, +Lokeren 25/11/1834).  Het kind sterft drie maanden na haar moeder en wordt begraven te Zeveneken.

Na zes maanden weduwnaarschap huwt Pieter Joannes Bontinck op 21/01/1835 in Lokeren met de 46-jarige Dorothea Fiers.  Voor de bruid het derde huwelijk, ze is weduwe van bakker Livinus Haeck (°Eksaarde 13/02/1785, +Lokeren 6/02/1823) en vervolgens van winkelier Pieter Jacobus Snellaert (°Lokeren 1799, +Lokeren 6/06/1833).  De kinderen uit haar eerste huwelijk: Domenica Haeck (°Lokeren 5/02/1816) en Carolus Ludovicus Haeck (°Lokeren 9/01/1815) zijn in 1835 reeds de deur uit.  De zoon uit haar tweede huwelijk: Severinus Snellaert (°Lokeren 1/02/1828), blijft deel uitmaken van het nieuw samengesteld gezin tot 26/2/1849, dan gaat hij naar Lochristi om er de bakkersstiel te leren.

Pieter Joannes’ tweede huwelijk verbetert aanzienlijk zijn financiële toestand, zijn bruid is een gegoede weduwe zoals blijkt uit de erfenisaangifte van haar eerste man.[ref]RAG, Registratiekantoor Lokeren, aangifte nr. 284.[/ref]  Ze bezit in Lokeren “de helft van een huis en grond gestaan en gelegen op de wijk Nieuwpoorte groot 1 roede 38 ellen” en “een stuk grond, omtrent de Keermaecker, beplant met bomen, groot 4 roeden 39 ellen”.

Het echtpaar Bontinck – Fiers woont in het huis van de bruid wijk Nieuwpoort nr. 56 te Lokeren.  De bakkerij wordt stopgezet.  Bij de volkstelling van 1847 en 1867 wordt Pieter Joannes als katoenwever en Dorothea als spoelmaakster geregistreerd.

Dorothea Fiers overleeft ook haar derde echtgenoot.  Een paar maand na zijn overlijden gaat ze bij dochter Domenica Haeck inwonen in Overmere (29/03/1875).  Ze overlijdt er in 1880.

3) CAPITEYN Eugenius Fransiscus

Geboren: Zeveneken 6 augustus 1807.  Gedoopt: Zeveneken 6 augustus 1807, dooppeter: (grootvader) Franciscus Arnoldus Capitaine, doopmeter: Theresia Aerssens Overleden: Sint-Amandsberg 17 mei 1883.

(zie verder)

4) CAPITEYN / CAPITAINE Ulrica (wordt meestal als Ilderique teruggevonden)

Geboren: Zeveneken 11 mei 1810.  Gedoopt: Zeveneken 11 mei 1810, dooppeter: Thomas Wagemans, doopmeter: Maria Judoca De Schepper.  Overleden: Gent 5 november 1863

(zie verder)

5) CAPIT(E)YN Jacobus Fransiscus

Geboren te Zeveneken op 11 januari 1813.  Gedoopt te Zeveneken op 11 januari 1813, dooppeter: Franciscus Christiaen, doopmeter: Coleta Van Laere.  Overleden te Lochristi in de Oude Veldstraat (maar gedomicilieerd in Eksaarde).op 20 november 1847 om 4 uur in de namiddag.  Vader Franciscus Arnoldus 64 jaar en broer Alphonse 32 jaar oud, wevers geven de volgende dag zijn overlijden aan.

Samen met zijn ouders verhuist hij in februari 1827 naar Lokeren.  Op 6/03/1832 neemt hij in Lokeren deel aan de verplichte militieloting.  Hij is dan wever.  Bij het medisch onderzoek blijkt hij 1,63 m groot en wordt goedgekeurd.  Vervolgens trekt hij een fout nummer en wordt ingedeeld bij het “1e régiment chasseurs à pied”.[ref]RAG, Militieregister Oost-Vlaanderen nr. 203/39 militiekanton Lokeren 1832, nr. 108.[/ref]

Hij is het laatste kind dat het ouderlijk huis verlaat.  Op 5/08/1840 verhuist hij van Lokeren naar Eksaarde.[ref]RABW, modern gemeentearchief Lokeren, uitschrijvingen reeks JL899.[/ref]  Twee weken later huwt hij er op 17/08/1840 met Ludovica Van Peteghem (°Eksaarde 7/09/1813, +Eksaarde 8/12/1884).[ref]Ze is een dochter van Joannes Van Peteghem en Pieternella Kindts.  Op 11/4./1837 in Desteldonk gehuwd met Petrus Nimmegeers (°Desteldonk 12/1/1813, +Namen 7/10/1839), grenadier van het 2e bataljon 19e linieregiment.  Petrus overlijdt in het militair ziekenhuis van Namen.  Zijn gezin woont dan in Desteldonk.[/ref]  Het bruidspaar is 27 jaar oud, Jacob is wever, de bruid spinster.  Ludovica is sinds een jaar weduwe en moeder van een dochter: Rosalia Nimmegeers.  Het nieuwe gezin vestigt zich in de Rechtstraat 104b in Eksaarde waar ze de kost verdienden als thuiswevers.[ref]SALok, volkstelling Eksaarde 1846, blz. 35 boek 4.[/ref]

Ook haar tweede huwelijk loopt voor Ludovica niet over rozen.  Twee kinderen sterven voor ze een jaar oud zijn.  Na zeven jaar huwelijk sterft op 20/11/1847 om 4 uur in de namiddag in de Oude Veldstraat te Lochristi (ongeval?), ook haar tweede man, 34 jaar oud.  Voortaan staat ze alleen in voor de opvoeding van vier kinderen: Rosalia Nimmegeers uit haar eerste huwelijk en drie kinderen Capiteyn.  Het oudste 6 jaar, het jongste amper 2 maanden oud.

Jacobus is in 1847 overleden zonder iets na te laten.  De erfenis die zijn drie kinderen vanwege hun Gentse tante Ilderique Capitaine ontvangen komt als een geschenk uit de hemel.  Samen ontvangen ze in april 1867 samen 3.499 frank 24.  Ze zijn nog ongehuwd.  Zeer verstandig kopen ze op 16/04/1868 samen een “huis verdeeld in twee woningen, stalling en grond ” in de Rechtstraat te Eksaarde sectie A nr. 939b en 939c voor 1.210 frank.[ref]RAG, notariaat Bruno Van Haverbeke Eksaarde, minuten 1867, akten nrs. 33 en 45.[/ref]

Van het echtpaar Capiteyn – Van Peteghem zijn volgende kinderen bekend:

5.1) Capiteyn Joannes/Jan (°Eksaarde 23/06/1841, +Eksaarde 4/06/1926).  In de periode 1863 – 1867 is hij “werkman” en woont afwisselend in Lochristi en Eksaarde.  Hij gebruikt zijn erfdeel van tante Ilderique om samen met zijn broer en zus op 16/04/1868 een kleine tweewoonst in de Rechtstraat te Eksaarde te kopen voor 1.210 frank.  Hij woont in Zaffelare en is er een analfabete werkman.

Vervolgens verhuist hij terug naar Eksaarde.  Moeder Ludovica woont tot haar overlijden in 1884 bij hem in. Na haar overlijden verhuist hij naar de Weehaagstraat te Eksaarde.

Hij huwt in Eksaarde op 4/05/1887 met Coletta Colle (°Eksaarde 9/01/1859, +Eksaarde 16/08/1898).  Hij een 45-jarige landbouwarbeider, zij een 28-jarige dagloonster.  Naar aanleiding van het huwelijk wordt een anderhalf jaar oud voorechtelijk kind gewettigd tot “Capiteyn”.

Als erfgenaam van zijn broer Seraphien verwerft hij in 1890 de volledige eigendomstitel over het ondertussen bouwvallig geworden huis in de Rechtstraat te Eksaarde.  Op 18/08/1892 verkoopt hij het huis aan plaatselijk bierbrouwer Jacobus Everaert voor slechts 400 frank.[ref]RABW, registratiekantoor Lokeren, reeks 72, nr. 2.172, akte 45.[/ref][ref]Mogelijk wordt dit huisje het latere café “Het Hoppeveld”.[/ref]Joannes was toen “dienstknecht”, in 1898 was hij “landbouwwerkman”.

Na de dood van zijn echtgenote in 1898 worden de drie minderjarige dochters opgevangen door de kloosterzusters van Eksaarde die de verdere opvoeding van de meisjes op zich nemen.  Hoe de opvang van de drie minderjarige zonen geregeld wordt, is onbekend.  In 1908 woont hij nog steeds in Eksaarde en is hij “vlasbewerker”.

Van het echtpaar Capitaine – Colle zijn volgende kinderen bekend.

5.1.1) Capiteyn (ex-Colle) Oscar Joseph (°Eksaarde 3/10/1885, +na 19/01/1921).  In 1905 neemt hij in Eksaarde deel aan de verplichte militieloting.  Hij weet aan effectieve legerdienst te ontsnappen.  Voor 1908 verhuist hij naar Lokeren waar hij op 21/10/1908 huwt met Agusta Coleta De Bilde (°Eksaarde 24/05/1886, +na 3/1909).  Hij is wever, zij fabriekswerkster en zeven maanden zwanger.  Hoewel meerderjarig heeft ze haar ouders, dagloners in Lokeren, in juli 1908 via “eene eerbiedige akte” toestemming gevraagd om te huwen, als de akte op 24 juli wordt betekend is vader Petrus Jacobus afwezig.  Moeder Eulalie Colle weigert expliciet om in te stemmen met de huwelijksplannen van haar dochter.  Blijkbaar komt het niet tot een breuk want grootmoeder Colle is één van de getuigen bij de aangifte van de geboorte van het eerste kind van het echtpaar Capiteyn-De Bilde bij de burgerlijke stand.  Grootvader De Bilde is dan weer getuige als het overlijden van het kind werd aangegeven.  Zeker tot maart 1909 blijft het echtpaar Capiteyn-De Bilde in Lokeren wonen waar Oscar de kost verdient als wever.  Voor 1920 verhuist Oscar naar Gent, Machariusstraat 40 waar hij ingeschreven wordt als dagloner.  Op 11/01/1921 verschijnt hij voor de correctionele rechtbank, beticht van “te Gent of elders sedert min dan 3 jaar katoengaren bedrieglijk ontvreemd te hebben ten nadeele van de firma Baertsoen en Buysse”.[ref]RAG, Rechtbank van Eerste Aanleg Gent correctionele zaken (R40) nr. 24, zitting 11/01/1921.[/ref]  Een spinnerij langs het Gentse stuk van de Dendermondsesteenweg.  Hij wordt veroordeeld tot 7 maanden gevangenis en 100 frank boete.  Bijkomend diende hij 50 frank gerechtskosten te betalen of een extra maand gevangenis.  Oscar gaat op 19/01/1921 tegen het vonnis in beroep, de afloop is onbekend.

Van het echtpaar Capiteyn-De Bilde is één kind bekend:

5.1.1.1) Capiteyn Alice Eulalie (°Lokeren 28/12/1908, +Lokeren 23/03/1909).

5.1.2) Capiteyn Polydoor Joseph (°Eksaarde 14/03/1888, +na 23/03/1911).  Hij vertrekt op 23/03/1911 van Lokeren naar Verviers, Rue de Ronse 16.

5.1.3) Capiteyn Maria Clementina (°Eksaarde 26/07/1890, +na 16/08/1898).

5.1.4) Capiteyn Eduardus Capiteyn (°Eksaarde 16/07/1892)

5.1.5) Capiteyn Clothilde Eulalie (°Eksaarde 28/12/1893, +na 1909).  Ze vertrekt op 1/07/1909 van Lokeren naar Ath, Rue du Spectacle nr. 1.

5.1.6) Capiteyn Hortence (°Eksaarde 16/03/1898, +na 16/08/1898).

5.2) Capiteyn Philomena (°Eksaarde 27/05/1842, +Eksaarde 7/05/1843).

5.3) Capiteyn Delphina (°Eksaarde 11/11/1843, +Eksaarde 28/09/1844).

5.4) Capiteyn Seraphinus (°Eksaarde 29/03/1845, +Eksaarde 29/01/1890).  In de periode 1863 – 1867 is hij “werkman” in Eksaarde.  Hij gebruikt zijn erfdeel van tante Ilderique om samen met zijn broer en zus op 16/04/1868 een kleine tweewoonst in de Rechtstraat te Eksaarde te kopen voor 1.210 frank.  Hij is “dienstknecht in Exaarde wonende” en analfabeet.  Vier jaar later (2/12/1872), nog steeds arbeider in Eksaarde, koopt hij voor 500 fr. het aandeel van zijn zus in dit huisje over.[ref]RAG, notariaat Bruno Haverbeke Eksaarde, akte 2/12/1872[/ref]  Hij moet de volledige som lenen en vestigt met toestemming van zijn broer een hypotheek op de woning.  Hij blijft ongehuwd en overlijdt in het rusthuis van Eksaarde.  Tien jaar eerder, op 5/11/1880 heeft hij een testament gemaakt waarbij zijn 2/3 deel in de woning in de Rechtstraat te Eksaarde wordt toebedeeld aan zijn broer Joannes.[ref]RABW, registratiekantoor Lokeren, reeks 72, nr. 2.172, akte 45.[/ref]

5.5) Capiteyn / Capitaine Eulalie Nathalie (°Eksaarde 23/02/1847, + te Zelzate akte 12 van 1920).  In de periode 1863 – 1867 woont ze bij haar moeder in Zaffelare.  Ze gebruikt haar erfdeel van tante Ilderique om samen met haar broers op 16/04/1868 een kleine tweewoonst in de Rechtstraat te Eksaarde te kopen voor 1.210 frank.  Ze is “werkvrouw in Saffelare wonende” en analfabeet.  Op 2/12/1872 verkoopt ze haar aandeel in de woning aan haar oudere broer Seraphinus voor 500 fr.  Ze is dan dienstmeid te Lokeren.[ref]RABW, notariaat Bruno Haverbeke Eksaarde, minuten 1872, akte 176.[/ref]  Na omzwervingen via Turnhout, Sint-Amandsberg (januari – april 1873 woont ze in bij haar oom Eugenius Capiteyn) komt ze in Eeklo terecht.  Daar bevalt ze in juli 1874 van een buitenechtelijk kind.  Vervolgens trekt ze naar Gent.

Ze huwt in Zaffelare op 19/08/1876 met landbouwer Bernard Stevens (°Eksaarde 7/09/1835, + te Moerbeke in zijn woning Korte-Damstraat huis A 459 op 24/12/1905, zv Jacob Stevens + Eksaarde en Catharina Vermeire + Zaffelare).  Eulalie is arbeidster in Zaffelare, maar gedomicilieerd in Gent.  Naar aanleiding van het huwelijk wordt de twee jaar eerder voorechtelijk geboren zoon gewettigd als Stevens.  Het echtpaar woont aanvankelijk in de Rechtstraat te Eksaarde.

In 1878 komt Eulalie in aanraking met het gerecht, ze is op dat moment “voddenleurster”.  Op 2/11/1878 gaat ze haar waren verkopen aan August Vlaeminck, een 56-jarige winkelier te Lokeren.  Ze beweert tijdens die verkoop, dat één van haar andere afnemers, Petrus Joannes Lowie, een 28-jarige koopman te Lokeren, haar bedrogen heeft.  De man is volgens haar “een schelm en een dief”.  Van de afgesproken koopsom van 40 fr. zou ze maar 20 fr. hebben ontvangen, de rest heeft Lowie achtergehouden.  Maanden later hoort Lowie van de aantijgingen en op 21/02/1878 dient hij bij de politiecommissaris van Lokeren klacht in tegen Eulalie.[ref]RABW, vredegerecht Lokeren (R281), nr. 177 strafdossiers 1879, proces dd. 22/03/1879.[/ref]  Op 22/03/1879 komt de zaak voor de vrederechter die de 8 maanden zwangere Eulalie, die de feiten ontkent, veroordeelt tot een boete van 10 frank of drie dagen gevangenis.  Op 3/11/1903 verhuist het gezin naar Moerbeke, Kortedam 6, in 1905 wonen ze Korte-Damstraat huis A459, Bernard overlijdt er in december 1905, Eulalie vertrekt naar Zelzate Kerkstraat 102 op 28 september 1910 met kinderen Elodie Marie en Charles Louis.

Van het echtpaar Stevens-Capiteyn zijn tien kinderen bekend.  Zeven van hen overlijden voor ze de leeftijd van vijf jaar.[ref]SALok, bevolkingsregisters Eksaarde 1870 tot 1900.[/ref]

5.2.1) Stevens (ex-Capiteyn) Charles Louis (°Eeklo 26/07/1874, na 28 september 1910).  Woont bij zijn ouders in de Rechtstraat tot 1891.  Op 19/02/1891 vertrekt hij naar Moerbeke, maar keert op 4/05/1894 terug naar Eksaarde.  Komt op 6/6/1906 terug van Oostakker Gentstraat 159 en vertrekt in 1910 met moeder naar Zelzate, hij is dagloner

5.2.2) Stevens Petrus (°Eksaarde 23/03/1877, +Eksaarde 2/04/1877).

5.2.3) Stevens Augustinus (°Eksaarde 7/02/1878, +Eksaarde 26/01/1882).

5.2.4) Stevens Alphonse (°Eksaarde 23/04/1879, +Eksaarde 25/06/1883).

5.2.5) Stevens Marie (°Eksaarde 12/06/1881, +na 1903).  Op 20-jarige leeftijd bevalt ze in Eksaarde van een buitenechtelijk kind.  Op 27/04/1903 vertrekt ze met het kind naar Moerbeke, Dam 123 huis 4.

5.2.5.1) Stevens Irma Stevens (°Eksaarde 9/12/1901, +na 27/04/1903).

5.2.6) Stevens Elodie Marie (°Eksaarde 23/07/1882, +na 1910).  Vertrekt in 1897 naar Lokeren Bergendries.  Op 11/06/1900 vertrekt ze naar Antwerpen.  Op 9/1/1906 komt ze terug bij haar moeder uit Elsene Herderstraat 36, in 1910 gaat ze met moeder mee naar Zelzate.  Zij is fabriekwerkster

5.2.7) Stevens Mathilde (°Eksaarde 28/03/1886, +Eksaarde 8/03/1889).

5.2.8) Stevens Maria Coleta (°Eksaarde 11/09/1887, +Eksaarde 3/10/1889).

5.2.9) Stevens Rosalia (°Eksaarde 20/07/1888, +Eksaarde 23/07/1888), deel van een tweeling.

5.2.10) Stevens Angelus (°Eksaarde 20/07/1888, +Eksaarde 23/07/1888), deel van een tweeling.

6) CAPITEYN Alphonsius

Geboren: Zeveneken 11 november 1815.  Gedoopt: Zeveneken 11 november 1815, dooppeter: Eligius Heye, doopmeter: Justina Wagemans. Overleden: Lokeren op 9 juli 1866.

(zie verder)

[ref]versie 2018[/ref]